Trainingsmethoden
Een cursist heeft een doel voor ogen en wil dat gaan bereiken. Een ambitieus vertrekpunt. De oorsprong van groei is ontstaan. In dit artikel kom je meer te weten over de veelzijdigheid van een beroep als trainer of leercoach en wat je gaat doen in de praktijk.
Je hebt een stuk kennis wat je over wilt brengen. Hoe geef je jouw training vorm waardoor je dat doel zo goed mogelijk kúnt bereiken? Onderwijzen en de boodschap op een doeltreffende manier overbrengen is niet vanzelfsprekend. Je moet het leren. Welke werkvormen zet je in tijdens je les? Hoe motiveer jij een cursist die vast lijkt te lopen? En op welke manier coach je jouw lerende personeel? Iedereen is immers weer anders en steeds meer personen verlangen anno 2011 naar een individuele benadering. Hoe geef je jouw trainingen vorm waardoor je een personeelslid een trede verder op de ladder brengt?
Een cursus Trainingsmethoden geeft je daar handvaten voor. Je groeit op didactisch vlak, je leert in te spelen op de persoonlijke behoeften van een werknemer en je daagt hem uit door de juiste vragen te stellen. Trainen is verschillende rollen aannemen. De rol van observator, begeleider, coach en vertrouwenspersoon. Tijdens een cursus Trainingsmethoden ga je deze rollen ontdekken.
Werken op basis van een persoonlijk plan van aanpak blijkt de kern om daar te komen waar je wilt zijn. Met goed omschreven doelstellingen. Geleidelijk aan omhoog, met kansen om succes ervaringen op te doen. Ook hier sta je tijdens een cursus Trainingsmethoden bij stil.
Managen
Voetbaltrainers maken je bewust van een mooi praktijkvoorbeeld. De trainer heeft een selectie van 23 spelers onder zijn hoede, die lang niet meer alleen uit Nederlanders bestaat. Jeugdige spelers bevinden zich tussen gelouterde routiniers en een groep bestaat uit tal van verschillende nationaliteiten. En niet elke speler is gevoelig voor dezelfde benadering.
De één vraagt om staccato taalgebruik en een stemverheffing, de ander verlangt een persoonlijk gesprek na de training en vaker een schouderklopje. Welke oefenstof past de trainer toe om een groep, maar ook een individueel lid van het team sterker te maken? Wanneer observeert hij, wanneer grijpt hij in? En hoe zorgt hij ervoor dat een Europeaan en een Zuid-Amerikaan elkaar begrijpen en waarderen? Het vraagt een bepaalde manier van managen en motiveren, om deze onderlinge verhoudingen tussen samenwerkende mensen te realiseren. Ook bij cursisten.
Met de cursist wil je straks ook een vertrouwde band opbouwen, zodat deze ook kán leren.
Je ziet het wel in het bovenstaande voorbeeld. Bij trainen komt veel meer kijken dan je denkt. Ontwikkeling op persoonlijk, communicatief en didactisch vlak is daarom onontbeerlijk om een goede trainer te worden. En als je merkt dat je het steeds meer in de vingers hebt, bezit je een kwaliteit waarmee je mensen steeds beter kunt begeleiden om zich te ontwikkelen.
Tips
- Verplaats jezelf in de rol van cursist. Wat wil jij in een cursus voorbij zien komen waardoor je geboeid raakt en blijft? Jouw uitkomsten geef je een plek binnen de leerlijn die jij ontwikkelt.
- Momenten van observatie leveren je veel en ook nuttige informatie over de leerhouding van een cursist. Als je (klassikale) instructie voorbij is en een groep gaat aan het werk, ga dan eerst eens kijken wat je ziet. Wat vertelt de cursist jou?
- Geef mensen het gevoel dat ze fouten mogen maken. Fouten maken doe je niet expres. Fouten zijn juist een prima middel om te leren en situaties inzichtelijk te maken. En complimenteer!
- Veel mensen vinden het moeilijk om lang te luisteren, zonder daarbij de aandacht te verliezen. Wissel je les daarom af met verschillende, dynamische werkvormen en betrek beeld en geluid in je les.
Auteur: Joris van Laarhoven